maandag 9 april 2012

Café Poesjkin

Nu?
Nu is het donker.
Nu komt de dood en ze heeft jouw blik.

Ik had u lief: misschien ook is de liefde nog niet geheel gedoofd in mijn gemoed.
Liefhebben is het voorrecht van de introvert.
U lief, had ik: dat zó een ander u beminne.
Liefhebben is het kruis van het enigma.

Nu.
Nu is het tijd.
Nu bouw ik geen huis meer.

Zielig, geestig flakkeren lange brieven de lanen op en neer.
Met vreugde heb ik verdriet gehad.
Wakend, lezend zweven vluchtige droombeelden.
Deplorabel plaisanteerde ik.

Waar bent u geweest, of schoon.
Waar bent u geweest? Ofschoon
Ik u niets te eisen heb
Nu.
Nu het te laat is.
Nu mijn ziekte in mijn lendenen rust.

Nu?
Nu sta ik voor u.
Ik had me in niets verhullenders kleden kunnen.

Geen opmerkingen: