dinsdag 20 februari 2024

Waarom het een goed plan is de wc in de badkamer te hebben (althans zeker voor samenwonende koppels)

 Ongetwijfeld zijn er allerhande gezondheidstegenwerpingen te maken op de aanwezigheid van een toilet in de ruimte van de rest van je hygiënebezigheden. Daar weet ik verder niks over, daar doe ik verder geen uitspraken over, al durf ik te betwijfelen dat het werkelijk problematisch is. De wc uit de badkamer weren op grond van hygiëne zou mij een exponent van een hyperfixatie op properheid lijken. Dat is alsnog een uitspraak, maar ik nodig de lezer van harte uit deze te negeren. Het punt dat ik wil maken is sociologisch. Psychosociaal. Gewoon sociaal. Een daarvan.

Er is een hele rijkdom aan lijfelijke excretie die niet bijzonder smakelijk is. Dat geldt voor eender welk lichaam, onafhankelijk van etnie, sekse en dieet. Afhankelijk van je eigen smaak en gewoonten zal de geur, de uitstraling en de smaak daarvan je meer of minder tegenstaan, maar het lijkt me diep onwaarschijnlijk dat je er geen zekere mate van weerzin tegen ervaart. Dat is in het geheel geen probleem. Hoe aantrekkelijk je iemand ook vindt, er komt zweet, pis, kak en soms kots uit. In pakweg vijftig procent van de gevallen ook geregeld bloed. Dat is niet allemaal gelijkwaardig: zweet kan in beperkte mate meevallen en zelfs wat aantrekking bevatten. Menstruatiebloed is heus zo dramatisch niet. (Als je de niet bloedende partij bent, is het wellicht eerder zinvol wat extra zorg en aandacht boven te halen in plaats van te doen alsof het vort is.) Maar ja, zowel mannen als vrouwen hebben ook onverkort stinkende lichaamsuitscheidingen. Wen er maar aan. Het is volkomen dwaas te doen alsof dat niet inherent is aan menselijkheid - en aan dierlijkheid, daar subsisteert de mens nu eenmaal onder. Zet je (potentiële) partner of jezelf dus niet op die ideële piëdestal van illusoire reinheid, iets wat naar mijn indruk vooral bij vrouwen gebeurt. Dat zet alleen maar de deur open voor een gevoel van walging wanneer je ontdekt dat Celia, Celia, Celia schijt. Een gevoel van walging dat ongeveer even zinnig is als ervan walgen wanneer je ontdekt dat de ander ademt, eet en drinkt. Kleine hint voor de minder verstandige lezer: dat gevoel is dus volkomen achterlijk.

De enige deur die je wil openzetten is die van de badkamer of de wc zelf. Niet dat ik ervoor pleit dat je voortdurend bij je zich ontlastende partner gaat zitten, maar het zien, horen, ruiken behoort even natuurlijk te zijn als dat je hen zich ziet wassen, aan- en uitkleden, dat ze eten, drinken, klaarkomen, lezen, puzzels maken, scheten laten, series bingen, hun moeder bellen of eender wat menselijks in je bijzijn. Doen alsof daar veel fatsoensregels over moeten bestaan tussen partners lijkt me geheel onzinnig.

Binnen gezinnen met kinderen of onder samenwonende vrienden wordt het een andere vraag. Daar duikt toch een zekere noodzaak aan privé op onder andere het privaat op. Al valt er ook daar vast wat te zeggen voor een niet al te krampachtige omgang met onze lichamen en hun functies. Daar zal ik nog even moeten nadenken. Dan kan ik het uitgebreid beargumenteren en vervolgens nog minder zeker weten. Laat dat nu net een van mijn favoriete bezigheden zijn.

Geen opmerkingen: